Onze Karin las, met dank aan Ambo|Anthos uitgevers, een tijdje geleden het meer dan mooie Kinderen van de rivier van Lisa Wingate. Gemist? Dat kan gebeuren. Voor de recensie klik even deze link:
Het interview:
1: You’re a journalist AND an author of multiple nominated books. Kinderen van de rivier won a Goodreads Choice Award for best historic fiction. How and why did you start writing books?
I’ve loved to write for as long as I can remember. My older brother was a good writer, and when you’re the youngest in the family, you want to do what the older kids do. When he won a school award for his poem, The Bee Went Under the Sea, I was so impressed by his literary brilliance (and the blue ribbon) that I immediately went to my bedroom and created my first book, The Story of a Dog Named Frisky. Frisky’s tale was cleverly illustrated and published on manila paper in multiple editions which sold very well in the grandparent market.
A special first grade teacher, Mrs. Krackhardt, put the idea if being a real writer into my head. She found me writing a story one day at indoor recess, and she took the time to stop and read it. When she was finished, she tapped the pages on the desk to straighten them, looked at me over the top and said, “You are a wonderful writer!” That was a defining moment for me. In my mind, I was a writer. When your first grade teacher tells you that you can do something, you believe it.
1: Je bent journalist EN een auteur van verschillende genomineerde boeken. Kinderen van de rivier won de Goodreads Choice Awards voor beste historische fictie. Hoe en waarom begon je met het schrijven van boeken?
Zo lang ik me kan herinneren hou ik van schrijven. Mijn oudste broer was een goede schrijver en als je de jongste bent, wil je niets liever dan dat doen wat de oudere kinderen doen. Toen hij op school een prijs won voor zijn gedicht The Bee Went Under the Sea was ik zo onder de indruk van zijn briljante schrijven (en het blauwe lintje) dat ik gelijk naar mijn slaapkamer ging om mijn eerste boek The story of a Dog Named Frisky te schrijven. Frisky’s verhaal was prachtig geïllustreerd en uitgegeven op manilla papier op verschillende manieren en werd goed verkocht onder de opa’s en oma’s.
Dankzij een bijzondere lerares op de lagere school kreeg ik het idee dat ik echt een schrijver kon worden. Ze zag me aan een verhaal schrijven tijdens een pauze en ze nam de tijd om even te stoppen en het te lezen. Toen ze het uit had, maakte ze een mooie stapel van de papieren, keek naar me en zei : “Je bent een geweldige schrijfster!” Dat was een heel belangrijk moment voor mij. In gedachten was ik een schrijfster. Als je lagere schooljuf je vertelt dat je iets kan, dan geloof je dat.
2: Kinderen van de rivier is based on a true story. Why did you want to tell this specific story?
I was up late one night working on materials for a different story and had the TV playing in the background for company. A rerun of the Investigation Discovery: Dangerous Women cycled through at about two in the morning. I looked up and saw images of an old mansion. The front room was filled with bassinettes and babies. There were crying babies, laughing babies, babies who were red-cheeked and sweaty-faced and sickly looking. I tuned in and immediately became fascinated by the bizarre, tragic, and startling history of Georgia Tann and her Memphis branch of the Tennessee Children’s Home Society. One of the most shocking things about the story was how recent it was. Georgia Tann and her childrens home operated from the 1920s through 1950. After watching the segment, I literally could not clear the images from my mind. I couldn’t stop wondering about the thousands of children who had been victimized by Georgia’s system, who had been brokered in adoptions for profit.
What became of them? Where were they now?
Before We Were Yours was an effort to answer those questions. Yes, it’s fiction. Rill and her four siblings, growing up on their family’s shantyboat in the Mississippi River were figments of my imagination. But in a way, they existed. In a way, they are any one and every one of these children, taken from their families, torn from their lives with no explanation or understanding of what was happening, and deposited into an unregulated, unfit, and politically corrupt system that operated not based on child welfare, but on profit. Those were the stories I wanted to tell––the stories told in the smallest voices or never told at all.
2: Kinderen van de rivier is gebaseerd op een waargebeurd verhaal. Waarom wilde je juist dit specifieke verhaal vertellen?
Ik was laat aan het werk voor research voor een ander verhaal en de tv stond aan op de achtergrond. Een herhaling van Investigation Discovery: Dangerous Women kwam langs zo rond twee uur ‘s nachts. De voorste kamer was vol met verlaten baby’s. Er waren huilende, lachende baby’s, baby’s met rode wangetjes, met lieve gezichtjes en ziekelijke baby’s. Ik bleef kijken en werd gefascineerd door de bizarre, tragische historie van Georgia Tann en haar Memphis branch of the Tennessee Children’s Home Society. Vooral het gegeven dat het nog zo recent was vond ik schokkend. Georgia Tann en haar kindertehuis waren open van 1920 tot in 1950. Na het kijken van deze aflevering, kon ik letterlijk de beelden niet uit mijn hoofd krijgen. Ik bleef mij maar afvragen wat er gebeurd was met de duizenden kinderen die slachtoffer waren geworden van Georgia’s systeem. Zij die ter adoptie werden gegeven voor winst.
Wat was er met hun gebeurd? Waar zijn ze nu?
Kinderen van de rivier was een poging om antwoorden te geven op deze vragen. Ja, het is fictie. Rill en haar familie, opgroeiend op hun “shantyboat” aan de Mississippi rivier komen volledig uit mijn fantasie. Maar eigenlijk bestaan ze toch wel. Eigenlijk staan ze symbool voor al deze kinderen die van hun families weg werden getrokken, uit hun eigen levens werden getrokken zonder enige uitleg of begrip van wat er gebeurde en werden ze in een ongereguleerd, niet passend en corrupt politiek systeem gestopt dat winst als prioriteit had, ten koste van het welzijn van deze kinderen. En dat waren juist de verhalen die ik wou vertellen––de verhalen verteld vanuit de kleinste stemmen, of überhaupt nooit verteld zijn.
3: Is there another story or subject you just have to write a book about?
Every story starts with some sort of catalyst, a little spark that fires off unexpectedly on a day that seemed ordinary enough before. I never know what that spark will be, but I have a drawer in my office literally filled with notes scrawled on scraps of paper—ideas that may one day grow into stories. People ask me if I think I’ll ever run out of ideas. It’s more likely the reverse. I’ll run out of time to write and there will still be a drawer full of story sparks waiting to be tossed into fresh tinder and fanned with the winds of imagination.
3: Is er nog een ander verhaal of onderwerp waar je gewoon een boek over “moet” schrijven?
Elk verhaal begint met soort van katalysator, een klein vuurtje wat opvonkt op een, zo het lijkt, gewone doodsaaie dag. Ik weet nooit wanneer het vuurtje oplaait, maar ik heb een lade vol met briefjes volgekrabbeld met aantekeningen— ideeën die misschien ooit een verhaal worden. Mensen vragen mij wel eens of ik denk dat ik ooit zonder ideeën zal komen te zitten. Het is eerder het tegenovergestelde. Ik komt tijd tekort om te schrijven en de lade zal altijd vol zitten met kleine vuurtjes op papier die wachten op wat zuurstof, vervliegend in de wind van mijn fantasie.
4: If you‘re writing how should we picture you? In complete silence or with some background music?
I can (and do) write anywhere, anytime, with any amount of ongoing commotion around me. I write on a laptop and sometimes even by dictation on my iphone, so I’m portable. I don’t require quiet, or soft colors on the walls, or calm surroundings. I write from life, and about life, and pretty much while life is going on around me. In my early authoring years, I hurried to pound out pages while babies and toddlers had their naptimes. Years later, I wrote while sitting on the sidelines at sports practices and waiting in school carpool lines.
Now, with our brood grown and out of the house, I sit down to write while drinking my coffee first thing in the morning. I hear the cadence of the words like music, and when I’m really into a story, everything else fades away. Life has changed, my surroundings have changed, the demands of life are different than they once were, but the joy of being lost in a story remains.
4: Als je aan het schrijven bent, hoe vinden we je dan? In complete stilte of met een beetje achtergrond muziek?
Ik kan (en dat doe ik dus ook) overal en altijd schrijven, maakt niet uit hoeveel geluiden om me heen. Ik schrijf op mijn laptop en soms spreek ik ook in op mijn iPhone, dus ook onderweg kan ik “schrijven”. Ik hoef dus geen stilte of rustgevende kleuren op de muur, of een rustige omgeving. Ik schrijf vanuit het leven, over het leven, en zo ongeveer terwijl het leven om me heen gebeurt. Toen ik net schreef, schreef ik zoveel mogelijk terwijl de baby’s en peuters hun middagslaapje deden. Jaren later schreef ik tijdens sporttraining op de tribune en tijdens het wachten bij het ophalen van school. Nu de kinderen uit huis zijn zit ik te schrijven in de ochtend met mijn koffie. Ik voel het ritme van de woorden alsof het muziek is, en als ik echt in een verhaal zit, valt alles om me heen weg. Het leven is veranderd, net als mijn omgeving en de eisen die het leven stelt zijn anders dan hiervoor, maar het geluk van me verliezen in een verhaal is hetzelfde gebleven.

5: Can we expect a new book? If yes, could you tell us something about it?
Yes, of course! I’m always writing that next story. I’m working on edits for the the next book this summer. It is also a dual timeframe story and about an interesting bit of history, which I can’t reveal yet. No date has been set for the publication and the title is being discussed, so there isn’t a lot to tell yet.
5: Kunnen we al een nieuw boek verwachten? Indien ja, kun je ons daar al iets over vertellen?
Ja natuurlijk! Ik ben altijd een volgend verhaal aan het schrijven. Ik ben bezig met de bewerkingen van het volgende boek deze zomer. Het is weer een verhaal in twee tijdsvlakken en heeft een interessant stuk geschiedenis in zich, waar ik nog niets over kan zeggen. De release datum staat nog niet vast en ook over de titel wordt nog gediscussieerd, dus echt veel valt er nog niet te vertellen.
6: If we could take a look at your bookshelf, what will we find? Do you have an all-time favorite?
I’ve been a fan of Mark Twain since childhood and, indeed, you’ll find parallels between Before We Were Yours and Huckleberry Finn. Another favorite, always dear to my heart was a somewhat tattered copy of Little House on the Prairie. I never actually owned it, or borrowed it, or even actually touched it, so it never graced my bookshelf. But I lived it page-by-page as my fifth-grade teacher, Mrs. Dodd, read to us at the end of each school day (If we’d been very, very good as a class, of course). For a kid who would’ve much preferred to be barefoot in a field somewhere and who despaired of ever making it through a sheet of one-hundred times tables in five minutes or less, there was nothing so serene, so glorious, so ultimately reassuring as closing my eyes and sinking into the world of Laura, Mary, Carrie, Ma, and Pa. In my mind––and often in the back pasture on my little white pony, Spirit after school––I was Laura Ingalls Wilder. The fences were few, the prairie was wide, and the adventures were endless. That book and Mrs. Dodd not only helped me survive the year of the dreaded timed times table test and double-digit long division, it ignited my imagination, fueled my rebellious streak, and fostered a love of history and story for which I remain grateful to this day.
6: Als we een kijkje nemen in jouw boekenkast, wat vinden we dan? Heb je een all-time favoriet?
Ik ben sinds mijn jeugd fan van Mark Twain en, jazeker, er zijn parallellen te vinden tussen Kinderen van de rivier en Huckleberry Finn. Een andere favoriet, welke dicht aan mijn hart ligt, is een ietwat gehavende versie van Little House on the Prairie. Ik heb deze nooit in bezit gehad, geleend of zelfs maar aangeraakt, dus het heeft nooit mijn boekenkast gehaald. Maar ik “leefde’ het verhaal doordat mijn lerares van de vijfde klas, Mrs. Dodd, ons deze altijd aan het einde van les voorlas. (Mits we heel erg braaf waren geweest in de les, natuurlijk). Voor een kind die het liefst op haar blote voeten ergens in een veld rondliep en die de wanhoop nabij was als ze de tafels van honderd binnen vijf minuten moest doen, was er niks zo sereen en fantastisch als het moment dat ik mijn ogen sloot en wegzonk in de wereld van Laura, Mary,Carrie, MA en PA. In mijn gedachten–– en vaak als ik na school op mijn pony Spirit reed, was ik Laura Ingalls Wilder. Het waren eindeloze avonturen op de weidse prairie met weinig omheining. Dat boek en Mrs. Dodd hielpen mij niet alleen dat jaar overleven, gevuld met de afschrikwekkende tafeltoetsen en tientallen-deelsommen. Het versterkte ook mijn verbeeldingskracht, maakte mij meer rebels, en het creëerde ook een liefde voor geschiedenis en verhalen waar ik tot op de dag van vandaag nog dankbaar voor ben.
7: And last but not least: We’ll gladly toast with you on the success of Kinderen van de rivier. What kind of drink do you choose? 🙂
If it’s summer, something icy and fruity with a little paper umbrella on top. If it’s winter, a nice glass red wine. Cheers, my friends, and here’s to health, happiness, and always one more tale to tell!
7: En last but not least: als laatste willen wij heel graag met je proosten op het succes van Kinderen van de rivier. Met welk drankje zullen we dat doen 🙂
Als het zomer is, graag iets ijskouds en fruitigs, met een papieren parapluutje erin. Als het winter is, een heerlijk glas rode wijn. Proost mijn vrienden, op gezondheid, geluk en altijd een nieuw verhaal om te vertellen!
Wij bedanken Lisa Wingate voor haar mooie uitgebreide antwoorden en kijken natuurlijk uit naar haar volgende roman. Maar voor nu: CHEERS!