
Bijzonder hoe je soms iemand kunt ontmoeten en daar ineens een heel open gesprek mee kunt voeren over dingen die normaal bijna niet bespreekbaar zijn, namelijk de dood en alles wat daarbij hoort. Hoe het ook herinneringen omhoog haalt aan een hele verdrietige, maar mooie periode in mijn leven. Een periode die ik ondanks het verdriet niet had willen missen! Het ziekbed van mijn lieve zus en hoe we samen naar haar dood toewerkten. Hoe bijzonder dat we er gewoon open over konden praten, er zelfs grappen over konden maken! En ja niet iedereen kon dat waarderen. Er was iemand die niet snapte dat ik die laatste weken met mijn zus ook mooi vond en mij steevast zei dat deze periode niet mooi kon zijn, dat iemand dood zien gaan niet mooi kan zijn, nou mensen ik kan jullie vertellen dat ik het een hele mooie periode vond en het voor geen goud had willen missen!
Zoals wij het leven omarmen, omarmden wij nu de dood, gewoon omdat die onvermijdelijk was en zo bij het leven hoort. En ja die trieste dood leidde vaak tot hilarische situaties en grappen. Wat fijn om er op die manier mee om te kunnen gaan, omdat ik nog steeds denk dat je met humor heel veel kunt ontladen.
Vanaf het moment dat ze haar doodvonnis kreeg, wilde ze haar eigen crematie regisseren, en wat bracht dat mooie, maar ook confronterende dingen met zich mee. Ineens stond haar dood centraal, en ja we hadden ontkennend kunnen reageren, ons hoofd er van weg kunnen draaien, maar dan hadden we zulke fijne momenten gemist…
Ik weet nog goed hoe ik bij haar binnen stapte toen ze net uit het ziekenhuis kwam. ‘Riejan, 11 augustus moet je hier sowieso om 16.00 uur zijn hoor, want dan komt de uitvaartleider en gaan we mijn crematie regelen.’ Slik.. Natuurlijk ben ik daarbij! Ze zei het op een manier alsof ik een brood voor haar moest kopen, gewoon omdat het de realiteit van dat moment was.
En dan de wensen die ze had. Wat ben ik blij dat we onze kop niet in het zand staken, maar alles bespreekbaar was. Ik weet nog goed hoe ze me vroeg om een foto te maken van een bos bloemen die ze van vrienden van mij had gekregen. Paars wit. Paars was haar lievelingskleur. Ik deed netjes wat ze vroeg, liet haar de foto zien, waarop ze zei ‘Stuur ‘m ook even naar de email toe, want dit wordt mijn rouwkaart.’ Bam! ‘Oh en ik wil ook dat je een selfie maakt.’ ‘Een selfie?’ ‘Ja, samen met Martin en Chantal.’ (Haar man en dochter). ‘Die moet je dan uitprinten en mij tussen de handen leggen als ik er niet meer ben. Op die manier neem ik jullie met me mee.’ ‘Oh je bedoelt dat je ons ook in de brand wilt steken?’ ‘Precies dat ja…’
‘Oh en als jullie die foto tussen mijn handen neerleggen, moet je er een klein puntje uit laten steken.’ ‘Hoezo dat dan?’ ‘Nou,’ was haar antwoord: ‘dan zetten we er een grote pot naast en mogen mensen tegen betaling raden wat ik tussen mijn handen heb. Help Martin, Chantal en Riejanne de winter door hahaha…..’
Ze had overal zo goed over nagedacht. Ze wilde dat haar kist beschilderd werd. Het moest een heel fleurig geheel worden met bloemen, maar hoefde niet realistisch te zijn. Nou kan ik jullie vertellen dat ik echt geen kunstenaar ben, dus dit beloofde nog wat te worden. Dus op naar de volgende stap. Op zoek naar een kunstenaar die een doodskist wilde beschilderen. Daarnaast wilde ze nog een paar woorden voor Martin, Chantal, mij, en de verdere familie en vrienden op het deksel schrijven. Dit moest met een rode stift. Daarna mochten Martin, Chantal en ik in het groen onze tekst voor haar op de deksel schrijven (groen was heel bewust gekozen, omdat dat de lievelingskleur van onze overleden broer was). Vervolgens moesten rood en groen weg, en mochten de andere familieleden en vrienden hun boodschap aan haar met blauw of zwart schrijven.

Stapte ik nietsvermoedend haar huis binnen was het eerste wat ze zei: ‘Riejan, ik heb jouw tekst voor op de kist klaar, wil je m lezen?’ Natuurlijk. En weer een slikmoment…het zoveelste inmiddels!
Dan het moment dat de kist thuis ‘bezorgd’ werd. Wat confronterend zeg! Mijn zus vond het hilarisch. Zag het al helemaal voor zich dat buurtbewoners een kist naar binnen zagen gaan, maar er vervolgens geen lijk het huis uitgedragen werd. Wat een lol had ze daar om zeg. Nou daar zaten we dan met een doodskist op de grote tafel, en ja die moesten wij gaan beschilderen, dus wat doe je dan? Je moet eigen worden met die kist. Nou dat was aan Martin, Chantal en mij wel besteed. Wilma keek vanuit haar bed toe hoe wij foto’s aan het maken waren, terwijl we onze handen uit de kist lieten steken, tussen het deksel doorkeken etc. Tranen over de wangen van het lachen, en wat denk ik nog met een warm gevoel aan dat moment terug! Al die mensen die op bezoek kwamen en die we van tevoren moesten waarschuwen omdat er een doodskist op tafel stond. Ik weet nog dat we op een gegeven moment aan de praat waren en dat ik haar voorstelde om een foto van de kist op Face te plaatsen onder de noemer nieuwe gadget. Wie weet zou ze een nieuwe trendsetter worden.
Als ik nog terugdenk aan het moment dat haar teksten op de deksel geschreven moesten worden, rollen me de tranen nog over de wangen van het lachen. Doordat ze zo hard achteruit ging kon ze ze er zelf niet meer op schrijven, maar ze wist wel precies waar wat moest komen te staan. En ja hoe doe je dat dan hè? Chantal zou schrijven.’Eh mam ..op welke plaats moet die tekst komen te staan?’ ‘Ter hoogte van het hart ongeveer.’ ‘Oh oké, maar nu weet ik nog niets, want dat kan ik niet inschatten.’ Dus…..deksel op de grond, Martin ernaast en we hadden de juiste hoogte!
Op een zondagmiddag kwam de kunstenares bij ons thuis. Wat een bijzonder moment was dat. Zo uit de losse hand tekende ze de hele kist vol. Vervolgens zaten wij eromheen om het samen met haar in te schilderen. In het begin waren we nog aan het lachen, maar langzaam wenden we aan het idee waar we mee bezig waren en hing er een hele ontspannen sfeer, waarin ruimte was voor grapjes, maar ook voor stille momenten. Wilma lag in bed met ons mee te kijken en genoot van elke minuut. ‘Zullen we de crematiemuziek ook even opzetten?’ vroeg ze. Natuurlijk! Wat een serene sfeer hing er. Toen de kist klaar was kwam het moeilijke gedeelte. Wilma haar teksten stonden er al op, maar nu moesten wij. Wat een bizar moment. Van een heel ontspannen “gezellig” moment terug naar de keiharde realiteit! Opschrijven wat ik haar nog wilde zeggen, wat op de kist zou blijven staan. Aangezien Wilma haar bed niet meer uit kon, verwachtte ze dan ook dat we hardop voorlazen wat we geschreven hadden. Ach dat was om het ons makkelijk te maken denk ik dan.
Ze wilde ook weten wie er ging spreken op haar uitvaart en vooral wat ze dan gingen zeggen. ‘Het gaat over mij toch?’ zei ze dan. ‘Vertel het me dan maar, want straks mis ik alles.’ Menigeen zette je daarmee voor het blok. Je wist ook dat ik ging spreken, maar ik kon het je niet laten lezen, simpelweg omdat ik het niet kon schrijven zolang je nog bij ons was. Iets waar ik me best schuldig over voelde, maar jij zei alleen maar: ‘Geeft niet Riejanne, van jou heb ik het liedje.’ Ons liedje, ons, omdat ie speciaal voor jou ingezongen is, aangepast aan jou en ik draai m nog regelmatig! Dat moment dat we er samen voor het eerst naar luisterden koester ik nog elke dag! Tranen, omdat het zo confronterend was, omdat we wisten dat ie voor jouw uitvaart was, maar ook zo mooi dat we dit samen konden delen. En alle grappen die we maakten omdat we zeiden dat we je helemaal naar de oven zouden brengen. Ik moet wel zeker weten dat je weg bent Wil!

Heerlijke zwarte humor die ons door deze tijd heen hielp, die ik een ieder die hiervoor komt te staan ook zo gun. Die openheid, eerlijkheid en zwarte humor die ons hielp het ondraaglijke te verdragen, net zoals mijn zus iedereen tijdens haar ziekbed droeg!
Riejanne Zwiers.