Dit is het derde deel van een trilogie. Van de doden niets dan goeds en De onderkoning van Indie zijn de titels van beide voorafgaande delen uit deze serie.
Hoofdpersoon is Arnie Springer, een jazzklarinettist en spion bij de Nederlandse veiligheidsdienst. Springer is, samen met zijn zus Anke, het ideale verbindende element in de drie delen, die overigens gemakkelijk los van elkaar te lezen zijn.
In Het verdriet van Wilhelmina draait het om een aanslag op drie december 1941. De Hr. Mrs.’ Van Linschoten’, een Nederlandse onderzeebootjager, verdwijnt in de golven, in de buurt van de Babuyaneilanden in de Zuid-Chinese zee. Is de boot op een zeemijn van de Jappen gelopen of is er iets anders aan de hand? Officieel zijn er 28 doden. Een man overleeft het drama: korporaal John de Bruyn, die in de Fokker aanwezig was, die de Sinterklaascadeautjes bracht. Het jaar 1947. De Bruyn duikt, na een miraculeuze redding, weer op. Bovendien is hij in het bezit van kennis, kennis omtrent de waarheid van de ondergang van de ‘Van Linschoten’.
Diezelfde John de Bruyn wordt gezien het feit dat hij de waarheid kent en hard bewijs daarover in zijn bezit heeft, de inzet van een strijd tussen alle belanghebbenden: de Amerikanen en Britten willen hem hebben, de Nederlanders, maar ook de Indonesische nationalisten van Soekarno en de communisten. Ross beschrijft met gebruikmaking van alternatieve feiten dit proces. Tevens gaan talloze complottheorieën over de tafel. Aan de hand van de hoofdpersoon Arnie Springer, wordt de lezer mee teruggenomen naar WO II en het jaar 1947, de geopolitieke machtsverdeling in die tijd, maar ook het relaas van het individu.
Conclusie:
Ross schrijfstijl wordt gekenmerkt door een uitbundige veelheid aan (onnodige) details, in vele verhaallijnen die zich in verschillende tijdvakken en locaties afspelen: Londen, Scheveningen, Den Haag, Batavia/ Djakarta. Wilhelmina wordt neergezet als een eigengereide, godsvruchtige tante die geen zicht heeft op de werkelijkheid.
Corruptie, machtspolitiek, bureaucratie, verraad, veelvuldige relaties en overspel, veiligheidsdiensten die maar wat aan klooien, Waffen SS’ ers die en masse naar Indonesië gestuurd worden, Ross sleept er alles bij in dit laatste deel. Spanning is nauwelijks aanwezig in dit boek, dat het toch meer moet hebben van de aanwezigheid van talloze bekende figuren, zowel goed als fout, en de manier waarop deze figureren in het machtsspel tussen Nederland, Indonesië en de grote mogendheden. Een boek bestemd voor de Ross fans en Oud-Indiëgangers met heimwee.
Drie sterren.
Jac Claasen.